Landgenoten...
Landgenoten….
Het is nog schemerig buiten als ik ijzergeknars hoor. Met m’n ene oor op m’n kussen en het andere op de waakstand krijg ik beelden van inbrekers die met deuren en scharnieren in de weer zijn. Ik draai m’n hoofd zodat het andere oor ook op de waakstand komt. Naast het schurende geluid hoor ik ook mannenstemmen. Met een vloeiende beweging druk ik op het knopje van m’n telefoon die op m’n nachtkastje ligt. Omdat er nog wat slaapolie in m’n ogen zit, moet ik nog een keer knipperen om scherp te zien dat het woensdag 27 april is. Ohh ja…..Koningsdag. Als je vlak bij het hart van de festiviteiten woont dan zijn al die geluiden om 07:00 uur te verklaren. Er wordt geschoven met marktkraampjes en vroege mannen sjouwen de boel op z’n plek.
Heerlijk…laat ze vooral rommelen, ik draai me nog een uurtje of twee om. Dat laatste heb ik inderdaad gedaan. Slapen was er niet meer bij, dus de e-reader hield mij die twee uur onder m’n warme dekbed. Om negen uur moest het vocht in mijn lijf echt verwijderd worden, het kabbelde al zo’n beetje voor m’n ogen. Na dit middels een sanitaire stop volbracht te hebben en het gebruikelijke ritueel wat bij de uiterlijke schoonheid hoort doorlopen te hebben, ben ik naar beneden gegaan waar Spike geduldig zat te wachten om zijn vocht naar buiten te brengen.
Bij het openen van het gordijn aan de voorkant is het gelijk al zichtbaar. Een drukte van jewelste met auto’s die dubbel en voor de oprit geparkeerd staan. Jaren geleden maakte ik me daar druk om. Inmiddels is dat vuur uit mij wel verdwenen en begrijp ik al die chagrijnige vaders en moeders wel die uit die auto’s komen. Samen met Spike zoek ik de frisse buitenlucht op en zie een paar kinderen die al stuiterend van de spanning rennend op zoek gaan naar een plekje waar ze hun kleedje kunnen neerleggen. Hun vader worstelt nog met dozen vol afgedankt speelgoed en nutteloze zaken uit de keukenkastjes. Een soort van nijdig zoekt hij met al die zooi zijn kinderen op die vervolgens al beginnen te zeuren dat ze iets willen kopen van het buurkind wat op een kleedje naast ze zit.
De kinderen gaan op een stoeltje zitten achter alle zooi die ze hebben meegebracht om te verkopen. Sommige hebben het netjes geordend en er een stickertje op geplakt met de prijs, anderen hebben letterlijk de doos op het kleedje omgekeerd. Allemaal zitten ze om negen uur klaar voor het grote zaken doen.
De eerste klanten lopen al te struinen tussen de rommel. Dat zijn hoofdzakelijk mensen die met een grote boog om de aubade heenlopen. Gelukkig blijft het ook tijdens de aubade droog. Het is altijd zo’n triest gezicht als al die muzikanten met volgelopen instrumenten het Wilhelmus moeten toeteren.
Het weer is beter dan verwacht en de aanloop is niet slecht. Rond een uur of twaalf zie ik dezelfde vaders en moeders weer voor komen rijden. Zo mogelijk nog chagrijniger dan vanmorgen vroeg. Want de dozen die ze vanmorgen vroeg aangevoerd hebben, kunnen ze weer afvoeren. Kinderen janken omdat ze moe zijn en het koud hebben.
Ik kan het gevoel me duidelijk voor de geest halen omdat ik ook in die chagrijnige schoenen heb gestaan.
Mensen….het gaat over!
Er komt een tijd dat je ’s morgens de hond uit gaat laten en bovenstaand verhaal voorbij ziet komen. Of dat je weet dat je kinderen pas uren later wakker worden en zelf het feestgedruis in gaan en dat je een dag als deze in kunt vullen zoals je zelf wilt en geen rekening hoeft te houden met anderen.
Maar als je dan klaar bent met bloggen realiseer je je dat koningsdag met kleine kinderen toch eigenlijk wel leuk is.