Ken je het verhaal van het warme dampende poepzakje?

11-11-2017 17:29


 

Met een vrije dag in het vooruitzicht trek ik m’n jas en stevige stappers aan. Klaar voor een lekkere wandeling met de hond. Zijn bruine staart kwispelt flink heen en weer want hij heeft door dat we naar buiten gaan.
Geen idee hoe het brein van een hond werkt maar ze hebben in ieder geval een goedwerkend tijdsbesef. Terwijl ik in de huiskamer op een stoel voorover gebogen mijn veters aan het strikken ben, wordt zijn enthousiasme nog eens benadrukt met een lange natte tong in m’n oor. ‘Ga weg joh, kledder! Zo kan ik mijn schoenen toch niet aan doen?’

Ik inspecteer mijn jaszakken of ik de sleutels van de deur en de verplichte poepzakjes bij me heb.
Eenmaal buiten gaat het halverwege de straat smerig regenen. Gek genoeg kan me dat niet eens schelen. Straks thuis bij de kachel droog ik wel weer op.  Mensen die nu warm en droog binnen zitten zullen waarschijnlijk denken dat ik nu zwaar depressief en chagrijnig in m’n jas gedoken Spike aan het uitlaten ben.
Dat doet me gelijk denken aan een van de trainingen die ik ooit heb gehad. ‘Wat doe jij en wat ziet een ander’.
Mensen vormen een eigen verhaal bij wat ze zien. Nu ben ik daar echt een kei in, want de helft ( of meer) van mijn blogs bestaat uit verhalen bedenken bij het zien van andere mensen. Maar wie vindt het nou niet leuk om mensen te bekijken. Heerlijk op een terrasje of in een wachtkamer van het ziekenhuis. Je hebt maar een persoon nodig om te bekijken en er een hele levensgeschiedenis bij te verzinnen.  Waarschijnlijk gebeurt dat nu ook als ik langs de huizen wandel en mensen mij als een zombie voorovergebogen met een zeiknatte hond voorbij zien lopen.

Een paar straten verder wordt het droog en kan ik mijn lijf weer rechten zonder de regen in m’n ogen te krijgen. Gelijk zie je ook weer mensen fietsen en wandelen. Een jonge moeder, tante, oppas, nichtje, buurmeisje of…..nou ja een jonge vrouw met een buggy waar zo’n koddig iets te bol kindje in zit, komt mijn kant op gelopen. Terwijl we elkaar passeren en groeten zie ik het kind met waterige oogjes en een bijna ontploffend gezicht een beetje betrapt naar me kijken. Vlak na het passeren komt er zo’n bruinige damp in mijn neus waaruit ik kon opmaken dat het kindje een lekker vers drolletje had zitten draaien in de buggy. Moeder, tante, oppas, nichtje, buurmeisje of nou ja, die jonge vrouw, heeft een lekker klusje te klaren straks als ze thuis is.
Gelijk krijg ik zo’n déjà vu. In de periode dat mijn kinderen nog in de buggy voortgeduwd werden produceerden ze ook wel eens rijdende weg zo’n dampende luier vol.
Je kunt je misschien voorstellen hoe de inhoud van de luier eruit ziet als het kind er eerst nog een poosje lekker op gezeten heeft. Bij het openen van zo’n luier was je allang blij dat er niet net een nieuwe tand of kies aan het doorkomen was. Als dat zo was, dan was de enige oplossing vaak een warme douche of bad en een draaiende wasmachine. Als ik er goed over nadenk kan ik het me met meerder zintuigen nog voor de geest halen.

Dat is met een hond dan toch wel weer wat makkelijker, bedacht ik me tijdens het wandelen.
Na weer een paar straten zag ik aan de achterkant van Spike een kleine verandering van een bepaalde spier. Dat beeld was voor mij genoeg om te beseffen dat ‘het moment’ bijna daar was.
Met zijn kop diep in de struiken en zijn kont midden boven de stoep zakt hij door zijn achterpoten en gaat daar ongegeneerd zijn behoefte doen.
Gelukkig heeft hij al zijn tanden al en laat hij in een traditionele vorm een drol op de stoep vallen.
Trotst kijkt hij me aan alsof hij zeggen wil van, ‘wat een mooie hé’! Hij blijft netjes staan wachten tot ik het bewuste poepzakje uit mijn jaszak haal en het vakkundig over het drolletje heen schep om het netjes op te pakken. Met een stevige knoop in het zakje lopen we verder. In de ene hand de riem met hond en in de andere hand een warm dampend poepzakje.
Alsof alle prullenbakken, die er denkbeeldig altijd staan, zich verstopt hebben, duurt het tot bijna thuis voor er eindelijk een verschijnt waar ik dat warme zakje in kan laten glijden.

Eenmaal weer thuis droog ik Spike af en gaat hij na een paar flinke geeuwen lekker slapen. Terwijl ik zonder natte tong in mijn oor m’n schoenen uit trek, denk ik nog aan die jonge moeder, tante, oppas, nichtje, buurmeisje of nou ja, die jonge vrouw.
Zou het kindje ook al lekker liggen te slapen, gehuld in een schone luier en omringt door heerlijke zwitsal luchten?