het spook
Mevrouw Zuiderwijk was een pittig oud dametje van in de tachtig. Ze had na allerlei onderzoeken te horen gekregen dat ze ongeneeslijk ziek was. Mede door haar geloof en haar karakter had ze zich erbij neergelegd dat haar levenseinde in zicht was. Ze was altijd vrolijk en bezat de nodige humor.
Ze was nog erg zelfstandig en liep met haar rollator, in mooie jurken door het hospice. Omdat ze alleenstaand was en niet secuur genoeg voor zichzelf zorgde met eten en medicijnen, is er besloten dat ze het laatste stukje van haar leven in het hospice door zou brengen.
’s Avonds rond een uur of tien besloot ze naar bed te gaan. Gijs, een van de mannelijke vrijwilligers die deze avond dienst had, liep even met haar mee naar haar kamer. Ze vertelde hem dat ze hier altijd zo lekker snel in slaap viel omdat het zo stil was ’s nachts. Gijs, altijd in voor ondeugende grappen, zei tegen haar dat er ’s nachts wel eens enge geluiden van de bovenverdieping kwamen.
Mevrouw Zuiderwijk vroeg wat hij daarmee bedoelde. Gijs vertelde haar dat er rond middernacht wel eens rammelende kettingen en andere vreemde geluiden van boven kwamen. Deze werden vermoedelijk veroorzaakt door een ontevreden bewoner die hier lang geleden had gewoond.
Mogelijk kwam hij verhaal halen! Mevrouw Zuiderwijk die zichtbaar genoot van deze onzin zei heel resoluut: “Spoken bestaan, maar ontevreden bewoners niet!” Hiermee was Gijs uitgepraat, wenst mevrouw Zuiderwijk een goede nachtrust en ging terug naar de huiskamer. Mevrouw Zuiderwijk kon zichzelf nog goed redden en zou zich gaan voorbereiden op de nacht. Ondertussen was er een uur verstreken en was de inmiddels gearriveerde nachtdienst bijgepraat zodat de avondploeg naar huis kon. Terwijl Gijs op het punt stond om weg te gaan hoorde hij wat vreemde geluiden. Samen met de nachtdienst en de andere vrijwilliger van de avond liep hij naar de hal en zag daar………
Mevrouw Zuiderwijk achter haar rollator. Ze had een wit laken omgeslagen, een kussensloop over haar hoofd en een waxinelichtje in haar hand…
Ze heeft het toch maar mooi voor elkaar gekregen om de collega’s de stuipen op het lijf te jagen.
Ze heeft genoten en aan iedereen die het maar wilde horen in geuren en kleuren verteld.
Mevrouw Zuiderwijk is maanden bij ons in het hospice geweest, maar omdat ze met regelmaat voorzien werd van medicijnen en eten is ze weer zover opgeknapt dat ze nog een aantal jaar in een verzorgingshuis heeft kunnen wonen. Met regelmaat schreef ze de vrijwilligers een kaartje over haar leven in het verzorgingshuis. Zo nu en dan ging er een vrijwilliger bij haar op bezoek, waar ze erg van genoot. Het laatste kaartje wat ze schreef sloot ze af met de woorden: “Ik bid elke dag voor jullie, lieve kinderen. Mijn krachten nemen af”. Kort daarna is ze overleden.