Carpe Diem..
CARPE DIEM
Na een vakantie ben ik altijd benieuwd hoe het er in het hospice aan toe gaat.
Als vrijwilliger kunnen we inloggen op het digitale prikbord van het hospice waar we kunnen lezen hoe het met de bewoners gaat en of er nog huishoudelijke mededelingen zijn.
Er wordt vermeld wat voor de vrijwilligers belangrijk is om te weten om op de juiste manier “handen aan bed” te kunnen leveren.
Ik las dat de volgende dag een bijzondere zou worden voor een bewoonster en haar naasten.
De jonge vrouw zou op deze dag op haar eigen manier afscheid van het leven hier gaan nemen. Ze was ernstig ziek en eigenlijk kon ze geen kant meer op. Om zelf de regie van haar leven in eigen hand te kunnen houden, had ze deze dag op eigen wijze gepland. De volgende dag had ik een eerste dienst. Nu ik wist wat er te gebeuren stond hield het me toch wel bezig. Na een kort nachtje slapen kwam ik iets voor zeven uur in het hospice. Er heerste volledige rust. Marianne was nog de enige bewoonster op dat moment. Waarschijnlijk moest het zo zijn dat ze deze dag het hospice voor haar alleen had. Niemand zou last hebben van veel bezoek of andere activiteiten. Ondanks de emoties, bij het realiseren dat het de laatste keer was dat ze in de ochtend wakker werd, was ze, in mijn ogen, heel rustig en hebben we ook nog smakelijk kunnen lachen met elkaar. Ze had heel goede humor. Om elf uur brak voor mij het moment aan dat ik haar “gedag” moest gaan zeggen. Van dit moment had ik in gedachten al drie miljoen scenario’s de revue laten passeren en toch ging het nog anders. Wat ga je zeggen tegen iemand die je nooit meer zult zien, iemand die het leven hier gaat verlaten… Ze wilde graag op haar eigen manier afscheid nemen van iedereen.
Ik ging naar haar toe en zei “Dag Marianne, ik ga naar huis”. Voordat ik kon bedenken wat ik nog meer zou zeggen zei ze “ zie ik je nog?” Ehhhh…….nou als jij dat wilt? Ja, dat wil ik!”, zei ze resoluut. Ze maakte het me dus makkelijk door de regie weer in handen te nemen. Na haar beloofd te hebben ’s avonds terug te komen, ben ik naar huis gegaan. De rest van de dag heb ik maar wat aan gelummeld. Een paar plantjes gehaald, wasje gedaan , potje gekookt maar steeds moest ik aan haar denken. Normaal gesproken “neem” ik de bewoners niet mee naar huis. Dat ging me meestal goed af, onlangs was er nog een jonge vrouw in het hospice en ik merkte dat me dat toch wat meer bezig hield als bij iemand die al wat ouder is. Je betrekt het dan wat meer op jezelf. Toch blijft het fijn om voor deze mensen te mogen zorgen. Ieder mens is uniek en doet, beleefd en bewandeld het levenspad op een eigen manier. En ja…dat is mooi om te zien. Buiten dat ben ik dankbaar dat deze mensen mij toelaten in dit laatste intense stuk van hun leven.
’s Avonds omstreeks kwart voor zeven, stap ik op mijn fiets met toch een beetje een bezwaard gevoel. Met de gedachte of ik daar wel op mijn plaats ben, rijd ik naar het hospice. Gelukkig is het mooi weer geworden nadat het ’s morgens wat regende. Rond tien over zeven staat er een haag van mensen op het terras van het hospice die op Marianne’s verzoek gekomen zijn. We krijgen allemaal een rode roos van haar. Ze zit in haar rolstoel en kijkt alle mensen stuk voor stuk nog even recht in de ogen aan. Doordat ze moeilijk kan praten vanwege haar ziekte, hield ze een papier omhoog met de volgende tekst:
"Bedankt voor alles lieve mensen!..Ik hou van jullie en tot boven".
Op deze manier nam zij afscheid van iedereen en ging ze met haar naasten terug naar binnen, naar haar eigen kamer.
Wat er verder gebeurde deze dag is haar privé.
Na zo’n moment vraag je je wel eens af waarom mensen soms zo klagen. Waarom maken mensen zich druk in een wachtrij bij de kassa, als je nog tijd van leven hebt. Waarom nog even snel die auto inhalen terwijl je ook gewoon lekker relaxed achter het stuur kunt zitten. Waarom mopperen als je zo vroeg uit bed moet, terwijl je de rest van de dag gezond door kunt brengen. En waarom zeuren op je haar als het even niet goed zit, terwijl je blij mag zijn dat je gewoon echt haar hebt.
Ik heb de zeven jaar dat ik in het hospice heb gewerkt dicht bij een paar honderd stervende mensen gestaan en ondanks dat zeur ik dus zelf nog net zo hard mee. Het is ook niet nodig om steeds maar te denken dat er mensen zijn die het een stuk slechter hebben dan jij. Maar zo nu en dan even stilstaan bij het feit dat je eigenlijk niet zoveel te klagen hebt is best wel eens goed.
Na zo’n mooie en emotionele dinsdag, gaat het leven weer "gewoon" door.
Het leven is en blijft verrassend. Op mijn schoorsteen heeft ruim een week de mooie rode roos gestaan als stille getuige van een mooi mens en een bijzondere dag.
CARPE DIEM
Bovenstaande heb ik geschreven met de toestemming van Frank, Marianne’s echtgenoot. Op zijn verzoek heb ik haar eigen naam gebruikt.