Blije borsten..
‘Kom verder. Als u de deur op slot doet en zich van boven uitkleed mag u door lopen naar binnen’.
Hoe vaak heb ik deze tekst al gehoord en de aanwijzingen opgevolgd?
De sticker, waar een zwangere vrouw met een rood kruis door haar buik op staat, valt me niet een s meer op. Zonder gêne loop ik half bloot de behandelkamer binnen waar dat, door veel vrouwen gehate, apparaat staat.
Buiten vriest het een paar graden, maar voor het gevoel is het Siberisch koud. Zwaar onderkoelt tot aan mijn blindedarm loop ik, een paar dagen na de mammografie, het ziekenhuis weer binnen. Het is een wirwar met looproutes, gangen en kamers. ‘Elk nadeel heb z’n voordeel’ zou Cruijff zeggen. Voor mij geldt dat hier in dit geval zeker, want zonder na te denken loop ik voor de zoveelste keer naar de gang waar de poli van de chirurgen zit. Bij de balie meld ik me aan en neem plaats in de wachtruimte waar, ik denk, 100 zitplaatsen zijn. Het is net negen uur in de ochtend en het parkeren in de garage deed al vermoeden dat ik niet de enige zou zijn. Zeker een derde van de wachtruimte is bezet met mensen die of slaperig voor zich uit zitten te staren, op hun telefoon kijken of nerveus met hun ziekenhuispapieren in de hand zitten te wachten op hun beurt. Standaard ga ik achter in de wachtruimte zitten zodat ik goed beeld heb op de gehele ruimte en ongegeneerd om mee heen kan kijken. Naast me komt een vrouw zitten. We groeten elkaar en de vrouw zegt tegen me ‘u gaat zeker ook hier zitten om mensen te kijken’. Ik lach een beetje en kan het natuurlijk niet ontkennen. Een hele rij stoelen voor ons is vrij en logischerwijs zou je je daar dus eerder nestelen. Ik ben dus niet de enige die mensen kijken zo leuk vind.
Het duurt echter niet lang voor ik mijn naam hoor. Na de vrouw naast me te groeten loop ik naar de gastvrouw die me op komt halen en naar de spreekkamer van de arts brengt. Nou…daar zat ik dan in het kamertje met een bureau met een computer, een behandel bed met van die gaspedalen op de grond, een karretje met laden waarin allerlei naalden, doekjes en flesjes zitten en de wastafel met van die alcoholzooi om de handen te ontsmetten.
Ik heb ook hier al zo vaak gezeten met hetzelfde doel en alle keren kreeg ik een goede uitslag. Twaalf jaar na de succesvolle behandeling van mijn zieke borst realiseer ik me dat ik hier intussen zonder zenuwen zit. Gewoon er vanuit gaand dat ook dit keer de uitslag van de mammografie, van afgelopen maandag, goed is kijk ik op mijn horloge. De arts loopt nu al flink uit het lood wat betreft de tijd. Ruim een half uur later dan de afspraak, om tien over negen, zit ik nog steeds alleen in dat kamertje. Ineens ga ik zitten denken wat er in deze ruimte allemaal gepasseerd zal zijn. Waarschijnlijk hebben hier heel veel gesprekken plaats gevonden die ik twaalf jaar geleden ook heb gehad. De mededeling dat er een sluipmoordenaar in je lijf zit. De emotie en schrik die daarbij komt kijken zal hier in alle vormen hebben afgespeeld. Fascinerend kijk ik ineens rond in het kamertje. Wat een geluk heb ik toch eigenlijk. Twaalf jaar geleden kon ik me niets voorstellen bij alles wat er op m’n pad zou komen. De behandelingen zijn angstaanjagend als je ervoor staat. Onwetend en de vrees voor je leven zijn dan enorme onrustzaaiers in je lijf. Hoeveel mensen zullen die angst hier in deze ruimte gevoeld hebben. En hoeveel mensen zullen er nog zo aan toe zijn als ik. Geen idee en dat is misschien maar goed ook. Omdat het wachten nog langer duurt, kan het mijmeren nog even aanhouden.
Dan zwaait de deur open, komt de arts binnen en geeft me een hand. Ze excuseert zich dat ze nu al zoveel is uitgelopen en verteld dat de eerste patiënt gelijk een moeilijk geval was. Radartjes in mijn hoofd vullen dan meteen van alles in. Voordat ze gaat zitten verteld ze dat de foto’s er goed uitzagen. Geen veranderingen ten opzichte met de vorige keer, dus blije foto's. Voor de tweede keer deze week hang ik m’n bovenkleding aan het haakje en zit ik met m’n bos hout bloot tegenover de arts. Ondanks de snijdende kou buiten heeft ze warme handen en tast de boel vakkundig af. Ze voelt geen bijzonderheden in de borsten en de klieren die er allemaal mee te maken hebben lijken ook van normaal formaat. Mooi zo. Terwijl ik eerst nog ondervraagd word of ik nog steeds achter mijn beslissing sta om m’n borsten te laten verwijderen en dat bevestigend beantwoord, kan ik weer gaan. Met een MRI verwijsbrief voor over een paar maanden op zak, loop ik de wirwar van routes en gangen weer terug. Zolang de definitieve operatie nog niet aan de orde is, blijven ze de controle's frequent herhalen. Prima!
Eenmaal buiten kom ik erachter dat het parkeerkaartje nog in de auto ligt. Ken je dat? De auto stond op de zesde verdieping en de automaat bij de ingang. Ach weet je, als je net weer een gezondheidsverklaring hebt gekregen, dan loop je op wolkjes en kun je zonder problemen de twaalf ijzeren trappen op en weer af om het kaartje te betalen om daarna ligt hijgend die zelfde trappen weer op te klimmen.